Zomervakantie in zicht! Tijd om de stad te verruilen voor zon op je toet, goed eten, fijn gezelschap en plekken die blijven plakken. Hier dus ons lijstje met musea en kunstadresjes aan de Méditerranée — langs de kusten van Italië, Spanje en Frankrijk — die niet mogen ontbreken in je itinerary.
Want grote steden trekken de grote namen maar ook de massa. Juist net daarbuiten, ben je weg van de drukte en zitten de under the radar plekken die de omweg meer dan waard zijn.
Bij elke plek tippen we er een kunstig hotel of designverblijf van rond €200 per nacht om de hoek bij. En als bonus krijg je van ons een Google Maps kaart met alles handig gebundeld:
Hauser & Wirth, Menorca
Op een piepklein eilandje in de haven van Mahon, Menorca, heeft Hauser & Wirth een oud marinehospitaal omgetoverd tot kunstgalerie en beeldentuin. Het kreeg een liefdevolle make‑over van architect Luis Laplace samen met groene vingers van onze eigen Piet Oudolf.
De oversteek naar Isla del Rey maak je met een korte boottocht vanuit de haven, en eenmaal binnen is de toegang gratis. Hier struin je door de tuin vol werken van onder anderen Eduardo Chillida, Louise Bourgeois en Joan Miró.




Hotel Hevresac: It’s giving graphic design inspired & wij zijn meer dan fan.



Fondation Maeght, Saint-Paul de Vence
Net buiten Saint-Paul de Vence, op een heuvel met uitzicht en op nog geen half uur van Nice, ligt dit modernistische kunstwalhalla verscholen tussen de bomen. Geen strak museum, maar een plek waar kunst en architectuur met elkaar verstrengeld zijn. Letterlijk, want verschillende kunstenaars en architecten dachten allemaal mee aan het ontwerp.
Wat dat oplevert? Een binnenplaats van Giacometti. Een Miró-labyrint vol sculpturen. Glas-in-lood van Braque, een fontein van Pol Bury, mozaïeken van Chagall. Een feestje!




Le Colombe d’Or Hôtel: Op een steenworp van Fondation Maeght en bijna net zo kunstig. In de jaren dertig kwamen kunstenaars als Picasso, Matisse en Miró hier eten, slapen en achterlaten wat nu aan de muren hangt.
Kunsthistorie zonder pretentie: een Calder bij het zwembad en een Léger boven je croissant. In het najaar zo’n €200 per nacht. Even bellen om te reserveren.



Taller Sert, Mallorca
Het atelier waar Joan Miró bijna dertig jaar woonde en werkte biedt een kijkje in zijn wereld. Het modernistische pand is ontworpen door Le Corbusier pupil Josep Lluís Sert en ademt kunst. Terracotta vloeren onder de verfspatten, daklichten die alles in Mediterraanse zonlicht zetten. Hier kom je niet alleen voor de kunst, maar net zo goed voor de plek zelf.




Agroturisme Gossalba: Ligt midden op Mallorca, omringd door olijfbomen en stilte. De kamers zijn minimalistisch en warm, met terracotta tinten. Buiten geniet je van lokaal ontbijt op het terras met uitzicht op de heuvels, en (niet geheel onbelangrijk) een zoutwaterzwembad.



Cézanne’s landgoed en studio, Aix-En-Provence
Deze zomer kun je dwalen door het landgoed van de post-Impressionist Paul Cézanne, Bastide du Jas de Bouffan. Alles hier ademt zijn werk en sommige delen (de tuin, lanen en fonteinen) zijn zelfs te herkennen.
In 2025 staat Aix-En-Provence helemaal in het teken van de kunstenaar: de hele stad is gevuld met exposities en events. Naast de studio en het landgoed komen bij Musée Granet 130 werken samen.
Door alle losse onderdelen bij elkaar te zien, valt het kwartje en zie je hoe en waarom Cézanne de weg plaveide voor het kubisme.


Domaine La Ferme HI Bride: Boerderij meets boetiek. Deze 15e eeuwse boerderij werd omgetoverd tot designplek pur sang. Denk: honingkleurige stenen muren met knalroze accenten, grafische vormen, seventiesgroen en een bad waarin je wil wonen. Geen kamer is standaard: van torenkamer tot loft met zonlicht in de badkamer.



Fundación NMAC, Cádiz
Aan de kust bij Cádiz, midden in een dennenbos, ligt openluchtmuseum Fundación NMAC. Geen muren, geen bordjes, wel kunst. Zand onder je schoenen, zon door de takken, en ineens: Abramović, Eliasson, Turrell. Zo goed verscholen dat je ze soms bijna mist. Maar als je ze ziet, dan zie je ze goed.




Hotel Plaza 18: Thuiskomen in een Andalusisch wit dorp, maar dan met een luxury twist. Zes kamers, elk met zeezicht of balkon, verscholen in een labyrinth van gangen.



Villa Benkemoun, Arles
Een modernistisch meesterwerk net buiten Arles. Begin jaren zeventig vertrouwden Simone en Pierre Benkemoun hun vriend Emile Sala, leerling van Le Corbusier, het ontwerp toe van hun droomhuis. De opdracht: een leefruimte die open en transparant zou zijn. Sala kreeg carte blanche en leverde een sculpturaal geheel af.
Het architectonisch hoogstandje verkeert nog altijd in originele staat, is te huur vanaf €3000 per week en in het weekend open voor nieuwsgierige bezoekers.




Hotel Les Cabanettes: Alsof je in een vintage film uit de jaren zestig bent beland: lage, halve-maanvormige gebouwen in warme stenen, met grote ruiten die uitkijken op een strakke, ronde zwembad terras. Binnen vind je houten balken, glaspartijen en open ruimtes die perfect passen bij de Camargue omgeving. Elke kamer heeft z’n eigen terras, direct verbonden met de tuin en het water.



Dalí Triangle, Costa Brava
Dalí Theater & Museum, Figueres
Het grootste surrealistische kunstwerk van de wereld? Staat gewoon in Figueres. Dalí’s laatste grote project, tot in detail door hemzelf bedacht. Toen de burgemeester hem begin jaren zestig vroeg om een schilderijtje voor het lokale museum, schonk Dalí liever het hele gebouw.
Wat je krijgt: een bizarre, betoverende reis door zijn hele carrière, van vroege schetsen tot bombastische installaties, hologrammen, foto’s en natuurlijk zijn bekende, knettergekke surrealistische topstukken. Alles Dalí. Alles over the top.



Gala Dalí Kasteel & Museum, Púbol
Dalí kocht dit middeleeuwse kasteel voor zijn grote liefde Gala en verbouwde het tot haar persoonlijke toevluchtsoord (alleen op uitnodiging mocht hij langskomen, ja echt). Het werd een surrealistisch meesterwerk: kamers als droomlandschappen, plafonds en muren vol werk van zijn hand. Zoals hij zelf schreef: “I was content to be the one who had decorated her ceilings so that, whenever she looked up, she would find me in her heaven.”


Dalí Huis & Museum, Portlligat
Voor wie de Dalí driehoek wil afvinken: eindig in Portlligat, aan een ruige baai in natuurpark Cap de Creus. In 1930 kocht Dalí hier een vissershut, verliefd op het licht en het uitzicht. Het huis bestaat uit drie delen: de privévertrekken van Dalí en Gala, het atelier en de buitenruimte met paden en tuinen. Ook vind je er een ronde aanbouw die Dalí gebruikte als studio, vol sculpturen en performancearchief. Allemaal onmiskenbaar Dalí.



Villa Carmignac, Hyeres
Op het groene eilandje Île de Porquerolles vind je Villa Carmignac. Een modern paviljoen verstopt in de bomen, met een privécollectie om u tegen te zeggen. Elke zomer slechts één tentoonstelling (dit jaar The Infinite Woman, van Botticelli tot Warhol). Binnen kunst, buiten sculpturen tussen het gras (tel er vijftien). Je komt er met een bootje vanaf La Tour Fondue binnen 15 minuten, en eenmaal binnen: schoenen uit. Ja echt.




La Reine Jane: Wat meer low-key hotel, maar wel pal aan het water (en dus lekker dichtbij de opstap naar Villa Carmignac). Van buiten klassiek Frans en van binnen allesbehalve. La Reine Jane heeft veertien kamers, elk ontworpen door een andere kunstenaar of ontwerper, van grafisch wild tot minimalistisch zacht. Geen kamer hetzelfde maar allemaal charmant.



The Tarot Garden, Toscane
In het zuiden van Toscane vind je Il Giardino dei Tarocchi, Niki de Saint Phalle’s eigen universum. Geen brave beeldentuin, maar een explosie van kleur, mozaïek en spiegels, verspreid over 22 gigantische tarotfiguren.
Denk: Parc Güell meets vrouwelijke intuïtie, glitter en wat verbeelding, en een ode aan het speelse en intuïtieve.




Locanda Rossa: Rode muren, olijfbomen tot aan de horizon en een zwembad in zicht. Binnen: rustieke chic met een moderne slag, zonder poeha. Slapen doe je tussen linnen lakens, ontbijten onder de pergola: Toscane op z’n best.



Palais Bulles, Théoule-sur-Mer
Pierre Cardins Palais Bulles: een roze droom van bubbels met zeezicht. Verstopt in de rotsen van Théoule-sur-Mer vind je dit buitenaardse bouwwerk van architect Antti Lovag. Geen rechte lijnen, maar bollen, bochten en zachte vormen, alles ontworpen op gevoel, niet op functie.
Modekoning Pierre Cardin maakte het zijn zomerhuis, decor voor feestjes in Cannes, modeshows en shoots. Wonen meets design meets performance.




Hôtel Des Deux Rocs: Deze is precies zoals je hoopt dat een Frans dorpshotel eruitziet: een 17e eeuwse bastide aan een pleintje met platanen, fontein erbij, klaar. Binnen: krakende vloeren, antieke meubels en ramen die openzwaaien naar de ochtendzon. Buiten eet je onder de bomen, met het geklater van water op de achtergrond. Provence zoals je 'm het liefst hebt.



Museu d'escultures eròtiques, Girona
In de heuvels bij Girona ligt een wel hele gezellige beeldentuin. Niet heel bekend en een beetje verstopt, maar wie hem vindt stuit op de erotische fantasiewereld van kunstenaar Xicu Cabanyes. Zijn sculpturen (de ene subtiel en de ander wat minder) duiken overal op: tussen de bomen, uit het gras, als onderdeel van de natuur zelf. Vulva hier, fallus daar. En alles in het park is doordrenkt van symboliek: van religieuze verwijzingen tot maatschappijkritiek. Een kunstwandeling die je niet snel vergeet.




Can Bassa: Een boerderij uit de 15e eeuw met precies de juiste dosis charme en ziel. Niet te fancy of overdreven, en dat is waarschijnlijk juist precies de bedoeling.



Zon, zee, strand & kunst: wat wil een mens nog meer? Enjoy!!
Liefs,
Luce & Juul